1993 & 2001, De geschiedenis

       Het verhaal, en hoe het allemaal begon.

 

 

Foto: Kees Rigter 1993

 

 

Foto: Kees Rigter 1993

 

 

Foto: Kees Rigter.        

     Aankomst Baarn, ze reden 550 km nonstop binnen 24 uur.

 

 

 

02/08/2000 

De Geschiedenis:

Een bijzonder verhaal en een bijzonder grote prestatie

 

PARIJS-BAARN

In 1993 hebben vijf wielrenners uit Baarn en Soest een dag en een nacht doorgefietst met het doel: de afstand Parijs-Baarn, zo'n 525 kilometer, binnen de 24 uur af te leggen. Vier van de vijf renners hebben de rit toen uitgefietst. Makelaar Kees Rigter was toen één van de deelnemers, hij heeft nu een oproep geplaatst. Want hij wil de rit Parijs-Baarn volgend jaar opnieuw rijden, maar dan met een wat grotere ploeg: 'We zijn vorige keer om 18.00 uur in Parijs van start gegaan, om 16.09 uur kwamen we op de Brink aan. Het was wel afzien, het was toch een afstand van 2 Tour de France-etappes in één keer. Bij de Kerckbrink was muziek en er werd vanuit een meerijdende wagen rechtstreeks doorgegeven waar we waren. Het was een heel emotioneel moment toen we onder politiebegeleiding aankwamen.'. Er moet nog wel stevig getraind worden 'De mooie momenten van die rit blijven je bij, het afzien vergeet je. Ik zit nu om de dag op de fiets, nee ik weet nog niet of degenen van de vorige keer weer mee doen. We maken de fietstocht wel onder professionele begeleiding, er gaat een fysiotherapeut, een masseur, een mecanicien en een verzorgingswagen mee en natuurlijk goede voeding. Net als vorige keer laten we de rit sponsoren. De opbrengst gaat, net als toen, naar het Rode Kruis. We haalden toch fl. 5.000.- op'.
Kees Rigter zoekt nog wat mensen om mee te fietsen, het mooiste is een groep van 6 tot 8 personen. Als generale repetitie geldt een rit om het IJsselmeer van 325 kilometer.

Bron:nieuwsbank.nl

 

 

Foto: Kees Rigter             Ploegenfoto Parijs-Baarn 2001

 

aug. 2001

Kranten berichten uit de Gooien Eemlander

 

"Strijd tot de grens van het haalbare'' PARIJSBAARN START ZATERDAG
DOOR PIETER DE VRIES BAARN,

In de stad waar de Amerikaanse wielrenner Lance Armstrong anderhalve week geleden werd gekroond tot winnaar van de Tour de France, gaat zaterdag de tweede editie van de non-stop wielerrit Parijs- Baarn van start. Zes wielervrienden uit Baarn en Soest vertrekken zaterdag om zes uur 's avonds vanaf Porte de la Villette, net binnen de Péripherique van Parijs. Zondagmiddag wordt het zestal tussen twee en vier uur verwacht bij de finish op de Brink in Baarn.


Voor de renners is het de sport om de 550 kilometer lange tocht, gelijk aan twee zeer lange Touretappes, binnen 24 uur af te leggen. Een heroïsche onderneming, aangezien onderweg niet wordt geslapen en slechts beperkt wordt gepauzeerd. Initiatiefnemer en wielerfanaat Kees Rigter (40) uit Baarn omschrijft de wielerrit dan ook als een 'strijd tot de grens van het haalbare'. De spanning van de race tegen de klok en de prestatie zelf zijn het belangrijkst voor Rigter en zijn ploeggenoten. Maar het rijden voor een goed doel telt ook mee voor de wielervrienden. Evenals acht jaar geleden gaat de opbrengst van de sponsorrit naar het Nederlandse Rode Kruis, dat daarmee vakanties voor chronisch zieken en gehandicapten financiert. In 1993 leverde de eerste editie van Parijs- Baarn bijna vijfduizend gulden op. "Ons streven is om dit jaar tienduizend gulden binnen te halen'', vertelt Rigter. Rigter is de enige van het zestal die ook van de partij was in de zomer van 1993, toen hij met drie andere wielervrienden na ruim 22 uur fietsen doodvermoeid de finish op de Baarnse Brink passeerde. Daar wachtte de helden een warm onthaal. "Bij de aankomst zaten we helemaal stuk. We zeiden direct tegen elkaar dat dit gekkenwerk was en dat we dit nooit meer zouden doen'', vertelt Rigter. Hoewel hij zich de pijn en het afzien van acht jaar geleden nog herinnert, stapt hij zaterdag toch weer op de fiets voor deze wielermarathon. Ditmaal rijdt Rigter in een andere ploeg, die bestaat uit de Soesters Ard Jansen (31) en Jan Schoonhoven (48) en de Baarnaars Bert de Jong (39) en Herman (49) en Wichert (41) van de Hoef. "De anderen zijn nog fris en onbevangen. Ik kijk er een beetje tegen op, want ik weet wat het is'', aldus Rigter. Ploegleider Als ploegleider bepaalt Rigter wanneer een van de renners moet stoppen. Bijvoorbeeld in het geval iemand de ploeg ophoudt of gewoon niet verder kan. "Om de afstand binnen 24 uur af te leggen, moeten we een gemiddelde snelheid van 25 kilometer per uur halen. Dat is inclusief tussenstops. Dan moet je elkaar zoveel mogelijk uit de wind houden en kop over kop rijden'', legt Rigter uit. Dat betekent dat elke renner sterk genoeg moet zijn om op zijn beurt vooraan te rijden. Maar de ploegleider heeft voldoende vertrouwen in zijn ploeggenoten, die hij allemaal kent uit het amateurcircuit. "Het zijn voormalige wedstrijdrenners. We zijn goed in vorm en staan te trappelen om te beginnen'', zegt Rigter. In februari is de ploeg al begonnen met de voorbereiding. Inmiddels hebben de renners ongeveer vijfduizend trainingskilometers in de benen zitten. De laatste test, een rit rond het IJsselmeer van 350 kilometer, is goed verlopen. Rigter: "Ja, dat ging snel. Inclusief rustpauzes haalden we toen een gemiddelde van 32 kilometer per uur.'' De Parijzenaars kunnen de kleine wielerkaravaan zaterdag herkennen aan hun T-shirts van het Rode Kruis. Bovendien is op de bezemwagen, waarin verzorgers Frank van Beek en Marnix van der Schilt plaatsnemen, een bord aangebracht met de tekst 'Attention. Convoi de cyclistes pour La Croix Rouge'. "De start in Parijs is leuk en spannend. Je bent als fietser kwetsbaar tussen het drukke verkeer. Voor ons is het een belangrijk moment, zeg maar de grote dag. Maar de mensen op straat weten natuurlijk van niets en trekken zich niets van ons aan'', zegt Rigter. Monsterrit Het 'leuke' deel van de monsterrit duurt tot ongeveer drie uur 's nachts, wanneer de wielervrienden een half uur pauzeren voor de warme maaltijd, uiteraard de voor wielrenners klassieke pasta. "Tot dat punt heb je steeds dingen om naar uit te kijken. Bijvoorbeeld de lampjes op de fietsen aanzetten, in het donker rijden en de warme maaltijd. Daarna begint het moeilijke deel van de tocht. Dan ga je de vermoeidheid voelen. Je hebt tenslotte al een dagtocht gefietst en nog niet geslapen.'' Uit ervaring weet Rigter dat de renners tegen zes uur 's ochtends, na twaalf uur koersen, mentaal stuk zitten. "Je moet dan nog zo'n tien uur fietsen en vraagt je af waar je dat vandaan moet halen en waarom je aan deze tocht bent begonnen. Je moet dan ophouden met nadenken en gewoon de knop omdraaien. Dat moment valt samen met het rijden door het saaie Belgische landschap. Maar je moet elkaar wel scherp houden en blijven praten met de andere renners.'' Ook klachten, zoals pijn aan nek, rug en zitvlak, spelen de renners in het laatste deel van de tocht parten. En dan is daar nog het gevecht met de 'honger'. "Je moet de honger voorblijven en blijven eten. We nemen repen en bidonvoeding mee. Maar na zoveel kilometers in het zadel voel je je net een reiziger die te lang in de bus heeft gezeten. Je lust niets meer, maar moet toch'', vertelt Rigter. Morgenochtend vertrekt hij met zijn kompanen naar de lichtstad. "Nee, een avondje stappen in Parijs is er niet bij. We moeten goed uitgerust zijn. Hopelijk doe ik dit voor het laatst. Ik wou dat het al voorbij was.''

'Blij dat het erop zit' WIELRENNERS RIJDEN PARIJSBAARN IN 22 UUR
BAARN /

Kletsnat, wallen onder de ogen, stijf. "Blij dat het erop zit'', verzucht Kees Rigter. Samen met vijf andere wielrenners passeert hij zondagmiddag om 15.39 uur de finish op de Baarnse Brink. Na tweeëntwintig uur fietsen hebben ze 550 kilometers in hun benen.
De fietsers uit Baarn en Soest waren zaterdagavond om zes uur vertrokken uit Parijs. Binnen 24 uur wilden ze in Baarn aankomen. Voornamelijk om hun eigen grenzen te verkennen, maar ook om de tienduizend gulden aan sponsorgeld binnen te halen voor het Rode Kruis. Rigter maakte de monsterrit acht jaar geleden al, voor de andere vijf was het een nieuw avontuur. Rigter wist van te voren dat het zwaar zou worden. Hij reed ook mee in 1993. Toen viel het al niet mee, één van de vijf renners moest zelfs afhaken. Dit keer hebben ze allemaal de finish gehaald en het lijkt erop dat ze de tocht redelijk makkelijk hebben verreden. Maar schijn bedriegt. Volgens Rigter was het zwaarder dan de eerste keer. "Het was koud vannacht en dan die regen... We gingen weg met dertig graden en vannacht was het veertien graden.'' Regen De laatste uren hebben de mannen in de regen gereden. Een kleine troost: ze hebben niet alleen geleden. In kleine groepjes kleumt het publiek op de Brink. Het motregent en velen hebben hun toevlucht tot grand café De Kerkbrink genomen. Sommigen waren er al om twee uur, want de fietsers hadden van te voren ingeschat tussen twee en vier uur aan te komen. Het radiostation Baarn FM is al vanaf elf uur actief. De vrijwilligers moesten alle geluidsapparatuur opzetten. Uit de boxen schalt de muziek. De deejay probeert wat gezelligheid op het plein te creëren. Uit telefonisch contact met bestuurder van de bezemwegen blijkt dat de mannen goed op schema liggen. Stef Smit staat bij de muziektent. Hij wacht al een poos op zijn fietsvrienden. In 1993 reed hij ook mee, dit keer zat het er niet in. Smit was niet genoeg gemotiveerd voor de training. "De training is het zwaarste.'' Wel reed hij tijdens oefentochten regelmatig met de groep mee. "Als ze een andere tocht hadden gereden dan Parijs- Baarn had ik misschien wel meegedaan.'' Nu was hij bang dat hij de twee tochten te veel met elkaar zou gaan vergelijken. Te optimistisch Smit verwacht heel wat van de huidige ploeg. "Ik dacht tijdens het trainen dat ze het in achttien tot twintig uur konden halen.'' Die schatting was te optimistisch. Tegen half vier komen de koffiedrinkers uit De Kerkbrink van hun droge stoelen af en verzamelt iedereen zich rond het finishspandoek. Twee mannen houden hun duim al op de champagnefles, anderen hebben bloemen in de aanslag en bijna iedereen heeft een paraplu vast. Het gaat steeds harder regenen. Dan komen de zes renners de hoek om, niemand bekommert zich nog om de regen, vuurwerk knalt. De mannen hebben nauwelijks tijd om op adem te komen: terwijl Freddy Mercury 'We are the champions' zingt, vliegen de felicitaties om hun oren. Ze hebben er 21 uur en 39 minuten over gedaan.